03-01-2024 LEMMER – Het Nederlandse mestoverschot gaat flink toenemen en zal in 2026 ruim vervijfvoudigd zijn. Dat blijkt uit berekeningen gemaakt door het Nederlands Centrum voor Mestverwaarding. Boeren, die nu tussen 20 euro tot 25 euro per ton betalen voor mestafzet, zouden daardoor te maken kunnen krijgen met een verdubbeling van het afzettarief voor mest. Op middellange termijn zal de druk op de mestmarkt de voorziene krimp in de Nederlandse veestapel wellicht versnellen.
In 2022 produceerde het Nederlandse vee 15 miljoen kilo stikstof méér in de vorm van mest dan er in Nederland werd uitgereden. Dat overschot kon vorig jaar nog worden geëxporteerd. In 2026 zal het binnenlandse overschot van stikstof uit mest zijn opgelopen tot minimaal 79 miljoen kilo als gevolg van de afbouw van de derogatie en de invoering van bufferstroken.
Uitbreiding van de met meststoffen verontreinigde gebieden tot 60% van Nederland vermindert de binnenlandse plaatsingsruimte oplopend tot 67 miljoen kilo stikstof in 2025 en de periode daarna. Het Nederlands Centrum voor Mestverwaarding schat dat boeren 75% van die krimp verwerken door minder kunstmest te gebruiken en 25% door minder dierlijke mest aan te wenden. Dat leidt ook tot een extra mestoverschot, waardoor het totaal in 2026 uitkomt op 95 miljoen ton stikstof.
Er worden ook grote regionale verschuivingen voorzien. Friesland kende tot dusver geen mestoverschot, maar krijgt daar de komende jaren wel mee te maken. De kans is reëel dat het Friese mestoverschot zal worden afgezet in de akkerbouwgebieden in Groningen en Flevoland. Daardoor zal met name voor varkens- en kippenmest uit andere delen van Nederland afzet buiten Nederland gezocht moeten worden, bijvoorbeeld in het noorden van Frankrijk.