14-06-2023 LEMMER – In het eerste kwartaal van 2023 was de uitstoot van broeikasgassen 4 procent lager dan in hetzelfde kwartaal van 2022. Vooral door de gebouwde omgeving en de industrie is minder uitgestoten. In de sector mobiliteit (verkeer en vervoer) was de uitstoot echter 10 procent hoger dan in het eerste kwartaal van 2022. Dit melden het CBS en RIVM/Emissieregistratie op basis van de voorlopige kwartaalcijfers over de broeikasgassenuitstoot conform de richtlijnen van de IPCC.
Vooral minder uitstoot door de gebouwde omgeving en de industrie
Net als in het voorgaande kwartaal leidden de hoge aardgasprijzen in het eerste kwartaal van 2023 tot minder aardgasverbruik. Hierdoor hebben de gebouwde omgeving (woningen en kantoren) en de industrie respectievelijk 12 en 8 procent minder broeikasgassen uitgestoten dan in hetzelfde kwartaal van 2022. De industrie en de gebouwde omgeving leveren met aandelen van 27 en 19 procent de grootste bijdragen aan de broeikasemissies in het eerste kwartaal.
De uitstoot door de landbouwsector was circa 3 procent lager dan in het eerste kwartaal van 2022. De daling is kleiner dan bij industrie en woningen, onder andere doordat de glastuinbouw in het eerste kwartaal van vorig jaar ook al minder aardgas verbruikte door de relatief hoge gasprijzen.
In de elektriciteitssector waren de productie en de uitstoot van broeikasgassen ongeveer hetzelfde als een jaar eerder. De elektriciteitsproductiebedrijven verbruikten iets meer steenkool, maar wat minder aardgas dan in het eerste kwartaal van vorig jaar.
Uitstoot mobiliteit bijna terug op niveau van voor Corona
De uitstoot van broeikasgassen door mobiliteit was in het eerste kwartaal van dit jaar 10 procent hoger dan in hetzelfde kwartaal van 2022. De uitstoot lag daarmee weer bijna op het niveau van voor de coronapandemie. Dit komt vooral doordat er 22 procent meer benzine is verbruikt. Het verbruik van diesel lag 4 procent hoger dan in het eerste kwartaal van 2022.
Klein deel van de emissies door landgebruik
Een klein deel van de broeikasgasuitstoot, 2,5 procent, hangt samen met landgebruik. Het gaat bijvoorbeeld om de CO2-uitstoot door veenoxidatie in bodems en de uitstoot behorend bij landgebruiksveranderingen (zoals nieuwe bebouwing die ten koste gaat van groene gebieden).
De uitstoot van de klimaatsector landgebruik wordt vanaf nu meegenomen in de totale uitstoot van broeikasgassen, omdat het meetelt in het huidige Nederlandse doel om in 2030 de broeikasgasuitstoot met ten minste 55 procent te verminderen. Ook in de klimaatdoelen van de Europese Unie telt landgebruik mee.
Uitstoot CO2 Nederlandse economie lager
De CO2-uitstoot door de Nederlandse economie was in het eerste kwartaal 3,3 procent lager dan in hetzelfde kwartaal van 2022, terwijl het bruto binnenlands product (bbp) in diezelfde periode met 1,9 procent groeide. De daling van de CO2-uitstoot is vooral toe te schrijven aan een lagere inzet van aardgas door huishoudens en de industrie. Daarentegen was het verbruik van benzine door huishoudens fors hoger. Gecorrigeerd voor het weerseffect kwam de daling van de CO2-uitstoot uit op 5,3 procent.
In het eerste kwartaal was de CO2-uitstoot door de delfstoffenwinning, industrie en bouwnijverheid samen 5,9 procent lager dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Vooral de chemische en de basismetaalindustrie hebben minder CO2 uitgestoten. De uitstoot door de bouwnijverheid was echter hoger.
De transportsector heeft 8,8 procent meer CO2 uitgestoten dan een jaar eerder, terwijl de toegevoegde waarde 3,4 procent lager was. De toename van de uitstoot is vooral toe te schrijven aan het herstel van de luchtvaart. De CO2-emissies van de Nederlandse luchtvaart waren ruim 18 procent hoger dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. De emissies door de binnenvaart waren ook hoger, terwijl de zeevaart juist minder uitstootte dan in het eerste kwartaal een jaar eerder.